zondag 17 februari 2013

Ubuntu for Phones

Algemeen:

Canonincal, de ontwikkelaar van Ubuntu, heeft bekend gemaakt dat de eerste smartphones met Ubuntu begin oktober 2013 in de schappen liggen. Deze mobiele variant van Ubuntu, genaamd Ubuntu for Phones, is ontwikkeld op basis van de Android-kernel en drivers, maar er wordt geen gebruikt van de Java Virtual Machine. Er wordt ondersteuning geboden voor zowel ARM- als x86-processors en Android-fabrikanten zullen zonder moeite het besturingssysteem op hun toestellen kunnen draaien. Ubuntu biedt ondersteuning voor HTML5- en native-applicaties.

Onderscheiden van de concurrentie:

Om zichzelf te onderscheiden van de concurrentie zoals Android, Blackberry OS, Windows Phone en iOS, heeft Canonical een paar unieke functies ontwikkeld. Ubuntu ondersteunt gebaren vanuit de hoeken van het scherm met de duim, zo kan er op verschillende manieren gewisseld worden tussen applicaties. Ook bevat het ondersteuning voor spraakbesturing, welke in elke applicatie zullen werken. Ze kunnen zelfs met behulp van een dock op grotere displays aangesloten worden en met behulp van een draadloze verbinding zullen er toetsenborden en andere randapparatuur kunnen aangesloten worden. Zo kan een volledige desktopervaring worden gecreërd met behulp van een smartphone.

Ontwerprichtlijnen voor Ubuntu-apps:

Canonical gaf ook al ontwerprichtlijnen uit voor Ubuntu-apps. Deze bieden ontwikkelaars inzicht in de ontwerpvisie van Ubuntu, maar ook patronen die gevolgd kunnen worden zodat applicaties consistent werken. Daarnaast onthulde het bedrijf een SDK (Software Development Kit) voor ontwikkelaars die apps willen bouwen in native Qt/QML of HTML5.

Testversie:

Vanaf 21 februari is het mogelijk om een testversie van Ubuntu for Phones te downloaden. Deze testversie, genaamd de Touch Developer Preview, zal werken op de Galaxy Nexus en de Nexus 4. Het geeft enthousiastelingen en ontwikkelaars de kans om bekend te worden met Ubuntu op de smartphone en de mogelijkheid om applicaties ervoor te ontwikkelen en te testen.

Canonical zal op het Mobile World Congress, dat plaats vindt van 25 tot en met 28 februari in Barcelona, het besturingssysteem installeren voor diegenen die dat willen.


Bronnen:

Wat bevindt er zich in een megaserver van IBM uit 1989?

Algemeen:

Het Electronics Engineering Video Blog hebben een megaopslagserver met een prijskaartje van 250000 dollar gedemonteerd en het aan een uitgebreide inspectie onderworpen. De megaopslagserver waar we hier over praten is de IBM 3390 DASD (Direct Access Storage Device) met een maximale opslagcapicteit van bijna 23GB uit november 1989. Dit systeem zou minimaal drie keer de hoeveelheid opslagruimte per vierkante meter bieden ten opzichte van zijn voorgangers uit de 3380-reeks. Voor die periode was het een zeer enorme prestatie, maar op dit moment wordt de opslagcapacitieit eerder uitgedrukt in petabytes (= 1024 terabytes).

Info:

De bereikte snelheden van zo'n 4,2 MB per seconde komen nog niet eens in de buurt met onze huidige datacenters. Hetzelfde geldt blijkbaar voor de kwaliteitscontrole, want zoals je kan zien in de video hieronder, blijkt het dat er een vlieg in het systeem is gekropen tijdens onderhoud of productie. Het systeem weegt ongeveer zo'n 38,5 kg.

Bronnen:

Intel test servers met oliekoeling

Algemeen:

Intel heeft na een jaar testen van Xeon-servers gekoeld met minerale olie, de resultaten van deze proef met oliekoeling voor servers gepubliceerd. Intel concludeert dat servers die ondergedompeld zijn, toch efficïent gekoeld kunnen worden.

Het grootste energieverbruik in datacentra is de koeling die nodig is om oververhitting te voorkomen, de energiebehoefte van een gemiddeld datacentrum (koeling, verlichting en andere zaken meegenomen) is ongeveer tweemaal zo groot als wat de eigenlijke computerhardware zelf nodig heeft. De pue-waarde (power usage efficiency waarde), wat de verhouding is tussen het opgenomen vermogen van de serverhardware en het totale opgenomen vermogen van het datacenter, bedraagt ongeveer 1,8. Er zijn ook veel zuinigere datacentra, die een pue-waarde van ongeveer 1,2 of 1,3 behalen.

Techniek:

Intel heeft samen met het Texaanse bedrijf Green Revolution Cooling geprobeerd de koeling zuiniger te maken. Met een test in het Texas Advanced Computing Center dat een jaar duurde, hebben ze aangetoond dat koeling zuiniger kan. In plaats van de traditionele luchtkoeling en de bijhorende airconditioning, hebben ze de servers ondergedompeld in minerale olie in een CarnotJet System.

Resultaat:

De minerale olie, die niet elektrisch geleid, bleek zeer effectief te zijn in het afvoeren van de warmte. De pue-waarde van de geteste servers daalde tot ongeveer 1,02-1,03. Deze methode van koeling had geen nadelige invloed op de prestaties van de zeven geteste Xeon-servers. Intel is op deze moment ongeveer tien geavanceerde koelingstechnieken aan het analyseren. "Elke techniek heeft zijn voor- en nadelen, en elke markt heeft andere prioriteiten," zei Mike Patterson, een 'senior thermal architect' voor datacentra bij Intel, die toezicht hield op deze test.

Persoonlijke mening:

Ik vind dit een zeer tof idee dat Intel zich bezig houdt met het uittesten van zuinigere koelingstechnieken en zich zo bezig houdt met het milieu. Het koelen van servers met behulp van oliekoeling vind ik toch zelf wel zeer indrukwekkend.

Bronnen: